
Makkelijk Spaans leren: veelgemaakte fouten
1. Uitspraak Spaans fouten
Hoewel Spaans fonetisch is (je spreekt het uit zoals je het schrijft), zijn er klanken en structuren die Nederlandse sprekers lastig vinden. Kleine uitspraakverschillen kunnen leiden tot grote misverstanden.
1.1 De "b" en de "v"
In het Spaans klinkt de "b" vrijwel hetzelfde als de "v": als een zachte klank met gesloten lippen, bijna als een Nederlandse "b". Het verschil in de uitspraak in het Spaans hoor je dus nauwelijks en je hoeft het ook niet geforceerd te maken.
Voorbeelden:
Beber {be-beer} - drinken
Vivir {bie-bier} - leven
Niet correct: ve-veer, ve-bier
1.2 De rollende "r"
In het Spaans wordt de "r" vóór in de mond uitgesproken, waarbij de tongpunt trilt tegen het gehemelte net achter de voortanden. In het Nederlands maken we de 'r' vaak in de keel of slikken hem half in, maar dat is in de uitspraak Spaans niet duidelijk.
Dubbele r (rr): Deze moet extra duidelijk en rollend worden uitgesproken.
Voorbeelden:
Pero {pe-ro} - maar (lichte r)
Perro {per-rro} - hond (rollende r)
Oefentip: Spreek de zin tres tristes tigres regelmatig uit om je tong te trainen.
1.3 Verkeerde klemtoon
De klemtoon in Spaanse woorden is belangrijk: hij bepaalt niet alleen het ritme, maar soms ook de betekenis.
Voorbeelden:
Papa {pa-pa} - aardappel
Papá {pa-PÁ} - vader
Regels om makkelijk Spaans te leren:
Woorden die eindigen op een klinker, -n of -s → klemtoon op de voorlaatste lettergreep
Eindigen ze op een andere medeklinker → klemtoon op de laatste lettergreep
Als hiervan wordt afgeweken, komt er een accentteken op de beklemtoonde lettergreep
1.4 Samengevoegde klinkers
In het Nederlands smelten klinkers als ie, oe, ui samen tot één klank. Tijdens het Spaans spreken moet je de afzonderlijke klinkers goed hoorbaar maken.
Voorbeelden:
Siempre {sie-em-pre} - altijd
(Niet: siem-pre)
Autobús {aoe-to-boes} - bus
(Niet: au-to-bus)
Hay {a-i} - er is / er zijn
(Niet: ai, zoals in "haai")
1.5 De dubbele "ll"
Nederlanders spreken de dubbele "ll" vaak uit als 'l' of 'lj'. De uitspraak in het Spaans is anders, daar wordt deze klank meestal uitgesproken als een j-klank of dj-klank, afhankelijk van regio.
Voorbeelden:
Pollo {po-jo} of {pod-jo} - kip
(Niet: pol-jo of pol-lo)

2. Grammaticale fouten Spaans spreken
Naast uitspraakfouten is het makkelijk om Spaans fouten te maken door het letterlijk vertalen van Nederlandse zinnen, of uit verwarring over Spaanse grammatica.
2.1 Ser, Estar en Hay
Deze drie werkwoorden betekenen in het Nederlands allemaal "zijn", maar in het Spaans gebruik je ze in verschillende situaties.
Werkwoord | Gebruik | Voorbeeld |
---|---|---|
Ser | Identiteit, essentie | Soy holandés - Ik ben Nederlander |
Estar | Identiteit, essentie | Estoy cansado - Ik ben moe |
Hay | Bestaan / aanwezigheid | Hay muchos turistas - Er zijn veel toeristen |
2.2 Es bien vs. Está bien / Es bueno
Veel Spaans leerders zeggen es bien om aan te geven dat iets goed is, maar dat is grammaticaal onjuist.
Bien is een bijwoord → gebruik met estar:
Está bien - Het is goed / in orde
Bueno is een bijvoeglijk naamwoord → gebruik met ser:
Es bueno - Het is goed (van kwaliteit of karakter)
Ben jij na het lezen helemaal de kluts kwijt? Het is makkelijk om Spaans onder de knie te krijgen met een Spaans cursus in Spanje. Leef de taal en verrijk jezelf in een internationale omgeving!
2.3 Por vs. Para
Beide woorden betekenen "voor", maar worden op verschillende manieren gebruikt.
Situatie | Por | Para |
---|---|---|
Reden of oorzaak | Gracias por venir - Bedankt voor het komen | Doel of bestemming |
Tijdsaanduiding | Por la tarde - In de namiddag | Deadline |
Vage locatie | Hay turistas por aquí - Er zijn toeristen hier ergens | Bestemming |
Ook belangrijk:
¿Por qué? = Waarom
¿Para qué? = Waarvoor
2.4 Plaats van bijvoeglijke naamwoorden
Bij het Spaans spreken komen bijvoeglijke naamwoorden meestal ná het zelfstandig naamwoord.
Correct:
Una casa blanca {oe-na ka-sa blan-ka} - Een wit huis
Un coche rojo {un ko-tje ro-cho} - Een rode auto
Niet correct:
Una blanca casa
Una roja coche
Verrijk jezelf met een Spaans cursus in Spanje!

Spaans spreken kost tijd, aandacht en oefening. Juist omdat het in eerste instantie makkelijk lijkt om Spaans te leren, zijn veel fouten subtiel maar hardnekkig. Met geduld, herhaling en vooral veel praktijk ontwikkel je niet alleen correcte zinnen, maar ook het vertrouwen om Spaans vloeiend en natuurlijk te spreken. Wil jij je uitspraak Spaans een ultieme boost geven? Boek jouw Spaans cursus in Spanje vandaag nog!
Online cursus
Effectief vreemde talen verdienen in het comfort van je eigen huis met echte leraren!
En verzeker jezelf van 5% loyaliteitskorting op uw volgende taalreis!